Een nieuwe eeuw

Op weg naar haar werk had ze er op de radio iets over gehoord; een soort wedstrijd waarbij je je wensen voor de nieuwe eeuw onder woorden moest brengen.
Nu hoorde ze wel vaker iets op de radio wat haar wel leuk leek, maar ze deed er nooit iets mee. Dit onderwerp sprak haar echter aan en ze besloot er 's avonds thuis eens wat meer over op te zoeken via internet. Ze was al aardig thuis op het net en ze had het onderwerp dan ook gauw gevonden.
Schrijven had ze altijd al leuk gevonden en idealen had ze ook nog altijd, dus dit was een prima gelegenheid beide weer eens te combineren.
Lang geleden eigenlijk, dat ze werkelijk iets zinnigs probeerde te schrijven, zonder dat het betrekking had op haar werk of het stukje privé-leven dat ze met een penvriendin en een paar mailvrienden deelde.
Ze begon enthousiast over de toestand in de wereld die een stuk zou verbeteren als iedereen wat aardiger zou zijn, wat menselijker met elkaar om zou gaan. Er zou dan geen oorlog meer zijn en op den duur geen honger meer, omdat iedereen alles met elkaar zou delen. Maar hoe langer ze bezig was, hoe meer ze begon te twijfelen. Niet dat ze twijfelde aan de goedheid van de mens, maar wel aan zijn inzet.
Hoe zou ze het zelf vinden als ze minder zou verdienen omdat iemand in Afrika ook moest eten? Als ze haar auto niet meer kon betalen omdat ze in Servië ook verzorgings-huizen nodig hadden? Als iedereen mee zou doen en het geld daadwerkelijk goed werd besteed, dan zou ze misschien wel mee willen doen, maar zelf risico lopen, een gedeelte van haar luxe inleveren en niet weten wat ervoor terug zou komen, met het risico dat niemand er beter van zou worden en zijzelf al helemaal niet?
Wat was er nog van haar principes overgebleven?
Maakt leven je harder, egoïstischer? Toen ze een jaar of tien was leek het allemaal zo eenvoudig.
Het jaar 2000 leek zo ver weg, ze zou dan al 35 jaar zijn, getrouwd en moeder, maar bovenal zou de wereld in die 25 jaar wel zoveel beter zijn geworden dat er nergens oorlog meer zou zijn, dat er allerlei geneesmiddelen waren voor alle mogelijke ziektes.
Als kind maakte ze zich vooral zorgen om het heden en om de mensen om zich heen, haar ouders, broers, zussen, opa's en oma's. Maar toen ze ouder werd, merkte ze dat die mensen niet meer het allerbelangrijkste waren. Er kwamen mensen in haar leven die ze nooit meer zou willen missen, maar ze verdwenen ook weer. Soms was dat erg, soms niet, soms was het verschrikkelijk. Altijd weer kwamen er nieuwe mensen, waarvan sommigen gelukkig bleven. En ze heeft gemerkt dat de mensen die vroeger zo belangrijk waren, dat toch nog steeds zijn.
Maar opa's en oma's gaan dood, ouders worden ouder en broers en zussen worden verliefd en leven steeds meer hun eigen leven. En zij, zij mocht oudejaarsnacht werken, omdat ze toch maar alleen was en er dus niemand op haar wachtte. Wat een zelfbeklag! Nu ze zo aan het schrijven en denken was merkte ze, dat ze de laatste tijd wel heel erg met zichzelf bezig was.
Moest ze niet nodig eens naar die zieke collega, haar nieuwe buurman en haar oude tante? Zou ze niet weer eens een briefschrijven naar die jongen die ze vorig jaar in Italië had ontmoet? En zou ze niet eens gewoon een heel leuk feest organiseren voor al die mensen die, ongetwijfeld tegen hun zin, tijdens de millennium-wisseling op hun werk moesten zijn?
Was het dan toch een goed idee geweest, die hele wedstrijd? Niet dat ze nog van plan was mee te doen, maar het had haar wel laten inzien dat ze alleen maar met zichzelf bezig was.
Die nieuwe eeuw kan echt alleen maar beter worden als iedereen zelf probeert het beter te doen. Ze glimlachte, het deed haar denken aan de lijfspreuk van haar vader: verbeter de wereld, begin bij jezelf.

elisa